Geïnspireerd door een etentje in Italie
Hallo!
We hebben gisteren zo lekker gegeten, dat dit direct een blog verdiend. InToscane aten we eens papardelle met wild zwijn. Ik wilde dit thuis ook namaken. Ik heb sucadelapjes gebruikt maar goeie genade wat was het lekker zeg. Oke we zaten binnen aan de eettafel ipv in een steegje in Italië maar de beleving kwam wel flink in de buurt hoor haha. Ik was ook wel trots, want ik heb een bestaand receptje als leidraad gebruikt maar aanpassingen gedaan om het zoveel mogelijk op die pasta te laten lijken. Volgens Jan was dat heel goed gelukt. Onderstaande hoeveelheden zijn voor twee personen, dan heb je niet een megavol bord maar gewoon een goede portie.
Toscaanse tagliatelle met stoofvlees
2
servings4
hoursIngredienten
250 gram sucadelapjes
een klein stengeltje bleekselderij (als het een dikke stengel is dan echt maar de helft, je hebt maar een klein beetje nodig)
een kleine wortel of een halve grote
een uitje
twee tenen knoflook
250 gram gepelde tomaten uit blik
100 ml rode wijn
peper
gedroogde rozemarijn
een laurierblaadje
2 jeneverbessen
olijfolie
pecorino
En natuurlijk een pasta. Ik wilde eigenlijk zelf maken want dat is zo lekker, maar ik had nog tagliatelle in de koelkast liggen wat op moest en ga niet iets zelf maken om vervolgens iets anders weg te gooien, dus die heb ik gebruikt.
Bereidingswijze
- Begin met de groenten en het vlees heel klein te snijden. Zorg dat je van het vlees echt kleine dobbelsteentjes maakt, niet groter dan een cm. Verwarm olijfolie en bak eerst de groente en knoflook voor een minuutje of vijf op matig vuur.
- Vervolgens voeg je het vlees toe, wat je rondom bruin bakt. Dit gaat als het goed is vrij snel omdat je kleine stukjes hebt. Als het bruin is voeg je 75 ml rode wijn toe en de gepelde tomaten. Duw die een beetje plat, dat je niet hele stukken tomaat er in hebt. Breng aan de kook. Bestrooi met peper, een klein beetje zout en rozemarijn (of leg een takje er op) en zet het vuur laag, zo laag dat het nog net een beetje borrelt. Voeg een laurierblaadje toe. Doe de deksel op de pan en laat een paar uur staan. Roer het wel af en toe even door.
- Het laatste half uurtje doe je de jenever bessen nog even in de pan. De saus moet flink inkoken want je wil eigenlijk niet echt saus. Proef even. Smaakt het nog heel tomaterig, doe dan nog een scheutje rode wijn er bij en laat dat ook inkoken.
- Kook de pasta gaar, niet te slap, het mag best een beetje stevig zijn. Doe een halve eetlepel zout in het water. Geen paniek, ik eet amper zout, dit zorgt alleen voor een lekkere smaak aan je pasta het is niet dat je je nieren een shock geeft, je kookt het alleen in zout water. Giet af en doe terug in de pan. Doe er een klein scheutje olijfolie bij (echt klein) en roer dat door de pasta heen. Bestrooi met een beetje peper.
- Schep de helft van de pasta in diepe borden. Verdeel het vlees er over. Doe de rest van de pasta er overheen en roer het goed door elkaar.
Bestrooi eventueel met een beetje pecorino, en klaar ben je! Glaasje rode wijn er bij, want je fles is toch al open nu, en je hebt een heerlijk diner!